NodeAfzuiging: verschil tussen versies
(→Schema en Werking) |
(→Configuratie) |
||
| Regel 17: | Regel 17: | ||
Indien de orange knop 10-15 seconden ingedrukt gehouden wordt tijdens het opstarten gaat de Node in 'config' mode. De orange lamp knipperen dan; en de unit wordt een 'AP Accesspoint' met een captive portal en als naam ``ACNode CNF <mac-address''. | Indien de orange knop 10-15 seconden ingedrukt gehouden wordt tijdens het opstarten gaat de Node in 'config' mode. De orange lamp knipperen dan; en de unit wordt een 'AP Accesspoint' met een captive portal en als naam ``ACNode CNF <mac-address''. | ||
| − | [[Bestand:Exhaust-CP1.png]] | + | [[Bestand:Exhaust-CP1.png|200px]] |
| − | [[Bestand:Exhaust-CP2.png]] | + | |
| − | [[Bestand:Exhaust-CP3.png]] | + | De configuratie opties zijn als volgt: |
| + | |||
| + | [[Bestand:Exhaust-CP2.png|200px]] | ||
| + | |||
| + | # SSID - SSID van de makerspace tools netweork | ||
| + | # Password - en het bijbehorende wachtwoord | ||
| + | # MQTT Server - space.makerspaceleiden.nl | ||
| + | # MQTT Poort - default is 1883. | ||
| + | # Logpath - normaalgespoken 'log' | ||
| + | # topix prefix - 'test' voor tests, makerspace/ac voor productie. | ||
| + | # node name - de naam van de node (exhaustnode) | ||
| + | # machine - de naan van het device wat bedient wordt (fan). | ||
| + | # master node - normaalgesproken 'master' of iets van 'test-node' tijdens het testen. | ||
| + | # shared-secret - Voor testen 'ZeeSecret'. | ||
| + | |||
| + | Na 'save' indrukken volgt de bevestiging: | ||
| + | |||
| + | [[Bestand:Exhaust-CP3.png|200px]] | ||
== Schema en Werking == | == Schema en Werking == | ||
Versie van 8 mei 2016 om 15:17
Nog niet in gebruik
Gebruik
De bovenste groene knop zet de node aan en uit; met de onderste orange knop kan de ventilator handmatig aan en uit gezet worden.
Met het commando 'start fan' en 'stop fan' kan de unit op afstand bediend worden.
Installatie
De unit heeft 3 schroef terminals: de twee linker (gelabelled N en L) zijn voor de voeding (van de geschakelde voeding van de node zelf). Het relay (2x om van 5 Ampere) schakelt tussen de middelste (L) en meest rechtse schroefterminal (S).
Configuratie
Indien de orange knop 10-15 seconden ingedrukt gehouden wordt tijdens het opstarten gaat de Node in 'config' mode. De orange lamp knipperen dan; en de unit wordt een 'AP Accesspoint' met een captive portal en als naam ``ACNode CNF <mac-address.
De configuratie opties zijn als volgt:
- SSID - SSID van de makerspace tools netweork
- Password - en het bijbehorende wachtwoord
- MQTT Server - space.makerspaceleiden.nl
- MQTT Poort - default is 1883.
- Logpath - normaalgespoken 'log'
- topix prefix - 'test' voor tests, makerspace/ac voor productie.
- node name - de naam van de node (exhaustnode)
- machine - de naan van het device wat bedient wordt (fan).
- master node - normaalgesproken 'master' of iets van 'test-node' tijdens het testen.
- shared-secret - Voor testen 'ZeeSecret'.
Na 'save' indrukken volgt de bevestiging:
Schema en Werking
De node bevat een NodeMCU, een Relay en een simpele voeding.
Onderkant print
Bovenkant print:
Voorkant MCU print - connect een microUSB om direct te her-programmeren; houd de PGM knop 1-2 seconden ingedrukt na de reset knop indien de unit 'gewedged' is -- het flash hetschrijven is niet geheel betrouwbaar.
De knoppen zijn via stekertjes verbonden met de print. Deze kunnen in principe maar op een manier vast; de 4 polige op de polige header; 3 polige op de drie polige header. Bij twijfel - de bruine draaden zitten altijd het meest bij de rand van e print.
